Zuid-Afrika 2011

5 januari. Om 5 uur op, boe! Omdat er de laatste dagen nogal wat storingen in de roosters van de spoorwegen zijn geweest nemen we het zekere voor het onzekere en een trein van een een half uurtje eerder dan strikt noodzakelijk. Dat is het kippentreintje vanuit Barneveld-Noord, waar we de auto in een transferium makkelijke voor twee weken kwijt kunnen. Het was meteen raak: wegens 'logistieke problemen' reed de trein van half zeven (!) niet ...  Koud!! In onze vrij dunne kleren bij -3° (al deels gekleed voor betere tijden) met stevige wind en op een perronnetje met weinig beschutting. De rest ging betrekkelijk goed, stampvol vliegtuig, weinig ruimte, koud aan boord, dat wel, maar dat weet je van te voren.
Laat in de avond kwamen we in Kaapstad aan, werden volgens plan opgehaald door iemand van de lokale touroperator en afgeleverd bij een hotel in de stad. De kamer was niet om over te juichen, een klein bemeten douche, wastafel iets boven kniehoogte, van dattum, maar we waren doodmoe en er waren wel bedden, dus vooruit. We zouden er 6 dagen blijven en de volgende dag kregen we er zonder verder gezeur een prettiger kamer. Het lag in een prima buurt (Gardens) met o.a. de straat die Kloof heet (wat winkels en restaurants) op 3 minuten lopen. Zie http://www.ladyhamilton.co.za/
6 januari. Driekoningen vandaag en hier 30+°. We hadden de huurauto om 11 uur besteld en die werd mooi op tijd bij het hotel afgeleverd. Die heb je daar wel nodig, want met openbaar vervoer verplaatsen is maar lastig. Wel rijdt er (net als bv in Barcelona) een hop-on/hop-off bus waarmee je met een dagkaart langs alle bezienswaardigheden kunt rijden. 

Links rijden in een vreemde stad is even wennen (vooral als je een automaat gewend bent en nu moet schakelen) maar dat lukt toch aardig snel. Grappig en praktisch was dat je met afstandbediening 1x moest klikken om de bestuurders deur te openen en nog een keer voor de andere deuren. Als de auto eenmaal reed en er zat niemand achterin, gingen de achterdeuren vanzelf weer op slot. 

Vol goede moed vertrokken we 's morgens naar de Tafelberg, want, zo vertelde ons het reisplan, daar móést je bovenop geweest zijn. 
Het was er alleen buitengewoon druk, want in Zuid-Afrika was het grote vakantie. Geen zin om ver te parkeren/lopen en lang bij de kabelbaan te wachten. Vandaag géén Tafelberg dus.
Plan B wordt ter plekke verzonnen. We reden naar Camps Bay, het Zandvoort van Kaapstad. Daar was het een gezellige drukte, hoewel er maar weinig mensen in zee waren. Het zeewater wordt door de Benguela-stroom niet warmer dan 15°.
We belandden o.a. bij een Indiaas restaurant aan de boulevard waar niemand zat. Oei, gevaarlijk, eten in een gelegenheid die niet stampvol zit, zeggen de adviezen over vreemde oorden! Heerlijk gegeten en niet ziek geworden. We zijn later zelfs nog twee keer terug geweest. 
Raj
in Camps Bay: onthouden die naam! 

Daarná naar Victoria & Alfred Waterfront en daar waren we al eens eerder geweest. Het is een toeristisch centrum aan een binnenhaven. De oude opslaggebouwen zijn omgetoverd in mooie winkels en allerlei terrasjes, heel gezellig. 

Behalve een reuzenrad is er b.v. een draaimolen voor de kleintjes en een 'omgekeerd' bungy-jumpmachine, waar m.n. tieners enorme sprongen mee kunnen maken met salto's en zo. Kortom, er is van alles te zien en de aanwezigen waren blank, zwart en van alles er tussenin. 

Op bepaalde plaatsen wordt verder straatmuziek gemaakt. 

 

We wilden de foto van het meisje hierboven eventueel wel opsturen, maar de vader wilde zijn email-adres niet geven: waarschijnlijk bang voor bedelbrieven uit Nederland. Het meisje in de draaimolen had een hoofd vol kleine vlechtjes met aan de onderkant pastelkleurige ringetjes erin geweven, schattig! 
Er wordt hier en daar muziek gemaakt en blijkbaar kunnen potentiële popsterren of dansgroepen zich steeds een half uur lang presenteren aan de aanwezigen. 

We zijn daarna in het 2 Oceans Aquarium gaan kijken en kwamen daar als eerste een fraaie, citroengele vis met blauwe lippenstift tegen. Een hele massa Nemo-visjes (Clown anemone fish), kwallen, zeepaardjes en van alles. 





Erg mooi was het zeewierbos en ook bij een heel grote bak met van alles - o.a. haaien - erin hebben we lang zitten kijken, maar de foto's ervan waren allemaal te donker en te vaag om hier te publiceren

Er was een stukje zee nagebootst met veel zeewier en echte deining (en geluid).
Clip

 

Foto's maken van vissen in een aquarium is erg lastig.
Het is zelfs soms lastig om de vis te zien, zoals op het zoekplaatje rechts. 

 

 

In een andere afdeling waren wat pinguïns. Linksonder een fraaie keizerpinguïn, die het hier in Kaapstad waarschijnlijk veel te warm had, zat wat zielig in haar/zijn eentje tussen een groep van andere soorten en stond almaar in een grote spiegel te kijken. Beetje sneu! 
We liepen nog wat rond. Een keurig jochie van een jaar of 11 kwam ons iets te eten vragen. Omdat ik zag dat hij een stuk brood van de grond opraapte en opat, dacht ik dat hij wel echt honger zou hebben en een tosti was gauw voor hem gevonden. Om een uur of 8 werd het donker en gingen we, begeleid door de weemoedige tonen die een man op een saxofoon zat te blazen, naar de parkeergarage (K19) en terug naar het hotel. Heerlijk weer, heerlijke dag.

7 januari. Het was alweer vreselijk druk bij de Tafelberg en daarom gingen we vandaag wat lummelen in Kirstenbosch, de botanische tuin bij Kaapstad. Het meeste was al uitgebloeid, maar er waren b.v. overal agapanthussen. Een deel van deze tuin is destijds door van Riebeeck aangelegd, o.a. omdat men hout nodig had. 

               

Zo'n dag in een park bestaat dan uit veel op een bankje zitten of in het gras liggen met een boek - wat Ko betreft - of rondlopen, plantjes en beestjes kijken en foto's maken - wat mij, Erna, betreft. Hieronder: fraaie brandnetel!

                 

                      

Tot mijn verbazing was in de afdeling 'ongewenst in Zuid-Afrika' de fraaie, begeerlijke blauwe waterlelie te vinden. Er wordt zo hier en daar aardig aandacht besteed aan het wegwerken van planten, die vanuit andere delen van de wereld zich hier gevestigd hebben en nu de inheemse planten dreigen te verdrukken. Een lijst van dergelijke planten die in Z. Frankrijk eigenlijk ongewenst zijn, zoals b.v. een soort vlinderstruik, heb ik al járen geleden van mijn tuinman daar gekregen. Botanisch asiel-beleid of apartheid ? 

                               

De dieren die in het park rondlopen zijn betrekkelijk tam, met name het parelhoen rechts, een regelrechte bedelaar
 (Blue helmeted guineafowl). Links een soort patrijs (francolin), wat schuwer.

                              

Erg mooi vond ik wat hier een 'Kaapse kastanje' genoemd werd, een boom met een fraaie vorm en prachtige bloemen en wat mij betreft helemaal onbekend. Hij heet Calodendron capense (lett. mooie boom van de kaap).

               

De vogel hierboven is een Hadeda ibis, een leuk beest, dat je meestal hoort. Hij komt, samen met een vriendje of vriendinnetje, of in een groep, onder luid geroep overvliegen. Een gids vertelde  een keer dat het een vogel is met hoogtevrees en dat hij daarom zo'n lawaai maakt. Later in de reis had ik een leuke ontmoeting ermee. Later meer over deze vogel!

Rechts een monarchvlinder, een oude bekende, waarvan ik de complete levenscyclus ooit in Nigeria prima heb kunnen volgen. De rupsen waren in 10 dagen volwassen; zaten dan 7 dagen verpopt in een mooie, groene cocon met een gouden randje en werden tenslotte zo'n fraaie vlinder. Een heel interessante vlinder trouwens.
's Avonds moeten er altijd apparaten worden opgeladen en daar zijn veel hulpmiddelen bij nodig. Er gaat dus altijd een tas met laders en kabels mee. Industrie: kan dat niet eenvoudiger?

8 januari We hebben een afspraak met onze zomerburen. Anke & Leo wonen in een wijk bij Kaapstad, maar 's zomers zijn ze een paar maanden in Voorthuizen en wonen dan dus naast ons. Zij spelen bridge, hoera!
Deze boom, die je betrekkelijk veel ziet in Zuid Afrika, ken ik van uiterlijk, maar niet van naam (komt nog wel) en staat in hun voortuin. Later meer over de boom in kwestie. In 2016 ben ik eindelijk achter de naam: Araucaria columnaris of Cook Pine. En wel omdat ik hem in Australië ook zag en toen serieus naar de naam ben gaan zoeken!

A & L  namen ons mee op een tripje langs de mooie kust van False Bay. Eerst naar een kolonie pinguïns ofwel pikkewijne op zijn Afrikaans.


Daarná naar Betty's Bay, een plek met echte duinen en een tamelijk leeg strand: het zeewater is behoorlijk koud, maar een gekleurde familie met een flink aantal kinderen waagt zich wel in het water.

We gaan ook nog gezellig lunchen en de Harold Potter botanische tuin bekijken.

 


9 januari De morgen hebben we een eindje gewandeld in Kaapstad. Náár is de beveiliging, die overal nodig blijkt te zijn, zoals dit hek met elektrische draden. 

We zijn naar de Compagnie's tuinen gegaan, ook al door van Riebeeck aangelegd. Deze waren bestemd om groenten te kweken, vitamines voor de bemanning van de schepen die op weg naar Indië in Kaapstad aanlegden. Verse groenten zijn gezond; niet alleen nu,  maar toen al wist men dat het de remedie tegen scheurbuik was!

Heel veel duiven (vliegende ratten, vindt Ko)  en heel veel eekhoorntjes. Verder lagen er hier en daar toch ook zwervers in het park te slapen. 

 

Er heerst een subtropisch klimaat in deze omgeving, palmen, bananenbomen en de temperatuur zelden onder de 5°. Wij hadden - midden in hun zomer - onderweg te maken met vanaf ongeveer 20° op deze koele zondagmorgen tot 39° later in Graaff Reinet, maar dat was maar één keer. Meestal was het ideaal, tussen de 25 en 30.

              

Links een soort ficus, denk ik, wel bijzonder met al die 'kralen'. Hieronder een tortelduifje dat je heel veel ziet in Afrika, de mourning dove, een bescheiden typje. Veel opdringeriger waren de rock pigeons, dezelfde duiven die we vorig jaar in Ngorongoro zagen en die daar zo'n raar geluid maakten. 'Blafduiven'. Hier was het geluid tamelijk normaal. Hitsige beesten, altijd bezig met versieren. Rechtsonder is meneer op mijn hand nog bezig!

                             
Het leukst waren de fotogenieke eekhoorntjes, maar ook duiven voeren is leuk.  clip
Deze links had hele zachte pootjes en was voorzichtig. Die hier onder was behoorlijk brutaal en had scherpe nagels. Rechtsonder, met zijn rattenstaart, heeft al een pinda in zijn bek en hij wil er nog een bij! Ik kan uren zoet zijn met duiven en eekhoorntjes voeren!
           

Vanuit de tuinen zijn we verder gewandeld via een plein naar een vijfhoekig fort, het 'Kasteel' dat voor rekening van de VOC werd gebouwd. We hebben het van buiten bekeken en maar lieten de binnenkant voor wat het was. Cultuurbarbaren? 

Via dezelfde Compagnietuinen weer terug en toen kwamen we nog zo'n schoonheid tegen, die ons ondersteboven hangend aan een stam taxeerde op bezit van pinda's. Zij/hij had pech: pinda's waren op.

's Middags gingen we een potje bridgen bij Anke en Leo thuis en na afloop lekker met hen eten in een visrestaurant in een fonkelnieuw winkelcentrum, Century City, iets buiten Kaapstad. 


10 januari Kaapstad ligt niet op het zuidelijkste puntje van Afrika. Het schiereiland Cape Point met Kaap de Goede Hoop ligt nog zuidelijker. En ook dat is dan nog niet eens het meest zuidelijke stukje Afrika: dat ligt nog 150 km naar het Oosten: Kaap Agulhas

Kaap de Goede Hoop is een natuurreservaat en daar zijn we vandaag geweest. Een behoorlijk eind rijden, maar onderweg is er uiteraard van alles te zien.

We reden via Muizenberg en Vishoek naar Simons Town en kwamen deze felgekleurde strandhuisjes tegen. We denken dat we die al eerder hebben gezien, n.l. toen we in het najaar van 2001 een treinreis maakten van Kaapstad naar Windhoek met de Shongololo Express. De trein, tevens ons hotel, stond toen hier ergens op de rails, met een beetje moeite te zien op de voorgrond.

En de fraaie boom met felrode bloemen hieronder. Wat het is weet ik (nog) niet. Grappig is om te zien dat je overal nog Nederlands klinkende namen tegenkomt. 2016: een bloeiende eucalyptus, Red gum tree.

Het landschap in het reservaat is niet buitengewoon fraai, kleine struikjes en veel stenen. Soms iets prachtig bloeiends ertussen, zoals de watsonia linksonder. 

We kwamen een kleine luipaardschildpad tegen en bordjes met intrigerende namen. Als je gaat kijken heb je geen idee waarom het daar dan zo heet. We kregen er een prachtig uitzicht op de oceaan en er lag een antiloopje op een steen te rusten, maar buiten ons 'schootsveld'. 

Er bloeide niet veel, maar wat er bloeide 
was heel fel van kleur, zoals deze ericacae.

Uiteraard is er bij Kaap de Goede Hoop een restaurant. Tijd om even koffie te gaan drinken. Waar wat te halen valt vind je vaak bedelaars. Duiven, eekhoorntjes, parelhoenders en ook vaak redwinged starlings, die een heel muzikaal geluidsrepertoire hebben.

    

Een leuke, bijzondere bedelaar was dit  snoezige, gestreept muisje - zebra grasmuis, Lat. Lemniscomys barbarus - dat over het terras van het restaurant kruimels liep te vegen. Niet alle bezoekers konden dit muisje waarderen. Een Scandinavische mevrouw naast ons begon hard te gillen toen ze het beestje zag en ging, geheel volgens de spotprentjes, direct boven op haar stoel staan. Lachen!

Die wandeling geloofden we uiteraard wel, lui als we zijn.

Er was genoeg te zien en te fotograferen: elandantilopen in het veld en struisvogels op het strand. Dat is een heel vreemd gezicht.

Natuurlijk ook allerlei plantjes.

 

                 

                 
Interessante, onbekende, blauwe bloemetjes. Die rechtse is misschien wel familie  van Aphylanthes monspeliensis die we in Frankrijk hebben.

's Avonds aten we, gezellig en lekker, bij Mason's in Kloofstraat, op loopafstand van het hotel. 






Morgen gaan we dan eindelijk de Tafelberg op, als tenminste de kabelbaan niet gesloten wordt, want er wordt nogal wat wind (een soort tramontane) verwacht.
11 - 1- 11 Wat een leuke datum dit keer om jarig te zijn. Om het te vieren gaan we nu echt de Tafelberg op: de wind is gaan liggen.

Natuurlijk is een kabelbaan een beetje eng, maar er valt van alles te zien, ook al omdat de cabine draait, zodat iedereen op zijn beurt van het uitzicht kan genieten. De kabelbaan brengt je in 5 minuten naar 1000 meter. Bij veel wind wordt er 4000 liter water als ballast meegenomen om de cabines te stabiliseren. Dat is dan trouwens meteen de waterbevoorrading van het restaurant boven.  Linksonder is in de verte Robbeneiland te zien en na de WK voetbal van 2010 herkent iedereen vast wel het stadion aan de voet van Signal Hill. Op de Tafelberg zelf was niet zoveel te zien. We hebben nog naar dassies gezocht, maar die waren niet te vinden. 

Omdat de Raj (Indiaas restaurant in Camps Bay) zo goed bevallen was, zijn we daar weer gaan eten. Deze keer Kingklip-tandoori en Tikka Massala en nog steeds even lekker.

's Middags hebben we een beetje rondgelummeld in het centrum. 


Daar was een aardige Afrikaanse toeristenmarkt en kon ik nog even wat Swahili kwijt. We hebben met een paar verkopers staan praten, een kwam dus uit Kenya en de ander uit Cameroun. Of Kenia en Kameroen?

Greenmarket, heette het daar.

 

12 januari Vandaag begint onze 9-daagse rondreis, naar het oosten en terug. Dat heet de tuinenroute, maar het heeft niks met tuinen te maken. Het is gewoon een mooie route. We hadden met Anke en Leo er al een stukje van gezien, dus dat hebben we via de autoweg gedaan. Vanaf Worcester namen we de als toeristische route bekend staande M62 via Robertson, Barrydale en Ladismith richting de dagbestemming Oudtshoorn.

De afstand Kaapstad - Port Elisabeth is ongeveer 800 km.

Het land is vaak erg leeg, weinig verkeer ook. Maar er is altijd wel wat te zien, zoals een mooi bloeiende jacaranda, bloemen aan een familielid van de zijdeplant of een gek bordje. Net als bij die borden waarop je overspringende herten worden beloofd: gedurende de volgende 30 kilometer was er natuurlijk geen schildpad te zien!

Met enige regelmaat stop je even voor koffie/gebak of lunch. De salade In Ladismith was verrassend: met tomaten, komkommer, paprika, celery, watermeloen, mango, avocado, ijsbergsla, pepertjes, stukjes kip, feta, wortel en olijven. Vooral de watermeloen is iets om te onthouden!

Oudtshoorn (Struisvogel-city) kent relatief veel attracties en het bord hierboven verwees naar inlichtingen daarover. Veel struisvogel-farms onderweg. Verschillende voëlstruisen (Afrikaans) hadden gekleurde kaartjes aan de nek zitten die ongetwijfeld met de verdere verwerking te maken hadden; groen: woensdag-gehaktdag? 

Felgele bloemen in het land af en toe. 'Krimpsiek' worden ze genoemd, want als schapen ervan eten krijgen ze buikpijn. Op afstand dacht ik dat het een bolgewas was, maar het is een soort vetplant: Tylecodon cacaloïdes is de officiële naam en zaad ervan kun je kopen bij B&T World Seeds, nog geen 15 km van ... Pierrerue!! Wat je allemaal niet kunt vinden op het internet!
Zo'n reisdag is eigenlijk te lang om nog iets echt te gaan bekijken, dus voor deze middag lieten we de bezienswaardigheden maar zitten. 

We logeerden bij 'De Oude Meul' in Oudtshoorn, een nog in bedrijf zijnde boerderij met struisvogels, geiten (buffeltjies), schapen enz. en tevens B&B. Een heel leuk plekje met prima verzorging. Het restaurant was matig, maar dat kon ook komen door de bestelde struisvogelburger, waar niet zoveel aan was.

Zie ook http://www.deoudemeul.co.za/

14 januari Onderweg hadden we al een spannende plek gezien: 'Buffels' Drift en daar zijn we maar eens gaan kijken. Ze hadden er koffie en een voederplank vol vogeltjes, niet slecht. Ook leuk om te logeren: http://www.buffelsdrift.com. Maar eerst zijn we een stukje verder gereden om te kijken of we iets konden terug vinden waar we al eerder waren geweest: de Swartbergpas met daarin het begin van de weg naar Die Hel. Maar nee, de weg naar Die Hel hebben we niet gevonden! 




We kwamen wel langs een 'plaas' (boerenbedrijf) met een naam waar Ko's kleinzoon Kobus wel om zal moeten lachen!

In Buffelsdrift Lodge kon je deelnemen aan het zgn. Elephant Experience. Eerst een emmertje fruit kopen, want Afrikaanse olifanten - zo vertelde ons de gids - houd je alleen met eten te vriend.

Het is interessant om ze eens te voelen: een harde, huid met verspreide, borstelige haren; oren, die aan de achterkant fluweelzacht zijn; voeten met een veerkrachtige zool en een hard stuk in het midden; een zware slurf en o, wat zijn ze groot. Dat kun je goed zien op de 5e foto. De drie olifanten die we hier mochten benaderen waren pas een jaar of 8. 
Er zijn wel 50 foto's gemaakt. Die moet je voor zo'n verslag als dit allemaal bekijken, eventueel weggooien of draaien, kleiner maken, comprimeren, een naam geven en opslaan. Dan is 50 olifantfoto's veel ...

Een van de olifanten heette Malaika en dat betekent Engel.

Wat een prijsfoto van Ko, die wil ik wel in mijn tas, maar dan niet gecomprimeerd = scherper!

Het was natuurlijk een beetje toeristisch, maar wel heel leuk. Na hun optreden mogen de olifanten in een stuk terrein vrij rondlopen, ze staan niet aan een ketting of zo. Maar bij alles wat ze doen krijgen ze een beloning.

 

Hiervandaan gingen we op weg naar de volgende bestemming. Daar voor moesten we over een bergpas, waar het ineens koud was. De bloeiende bloemen zijn ballota's, die je 's zomers in een tuincentrum kunt kopen om je verantwoorde 'hanging baskets' subtiel af te werken. Dan koop je een potje met 12 cm plant voor 3 euro en hier waren ze 1 meter hoog. Ze stekken ook nog eens makkelijk!

 

Via Knysna, dat er op het eerste gezicht niet heel aantrekkelijk uitziet en waar we volgende week 2 dagen zullen zijn, rijden we naar Tsitsikamma, een natuurreservaat. Langs de weg watsonia's, al eerder gezien in het reservaat van Kaap de Goede Hoop, daar in het oranje, hier in allerlei tinten, en iets liefs in het blauw.

Aan de buitenkant van de steden liggen meestal uitgebreide townships. Je wilt niet stoppen om foto's te maken, deze is vanuit de auto genomen. Dit is een heel armoedig stukje, maar vaak zijn er stenen huisjes met elektriciteit en water en een schotelantenne op het dak. Hoe verder van de stad hoe armoediger.


Meer informatie over Tsitsikamma park op hun website

We kregen een soort van kamerhuisje in Tsitsikamma, met een fantastisch uitzicht op een tamelijk woeste zee. Het weer liet het een beetje afweten, maar we konden nog wel even een eindje lopen.
Er waren allerlei mogelijkheden voor een verblijf hier: huizen, huisjes, kamperen of 'oceanettes', waar wij er een van hadden. Helaas wat smoezelig en een van de handdoeken was niet schoon! Het was 'self catering' en dat wisten we niet. Niks bij ons, dus in het restaurant ontbijten. 

We maakten een lekkere wandeling, zagen Tulbagia violacea in het wild groeien en tot ons plezier eindelijk 'dassies', waar we allebei dol op zijn. Familie van de olifant! Ook liep er een 'bushbuck' rond. Je slaapt trouwens lekker bij het geluid van de zee. 
14 januari  Toen we de vanmorgen weer verder gingen regende het flink. Maar de zee was lekker woest en ervoor stond een joekel van een Cape gull mooi te wezen. 

Naar Addo. Onderweg borden met 'Geen bobbejanen voeren' en als je koeien op de weg ziet moet je 085 - 446 8501 bellen. Vanuit het buitenland komt daar dan natuurlijk nog 0027 voor en moet je de 0 voor 85 weglaten. Het is maar een weet! Hoe zouden ze reageren als wij opbelden met de melding dat er in Voorthuizen een koe op de weg loopt?
Daar kwamen we terecht in Stellenhof Country House, als logeeradres. Mooie plek, mooi gebouw. Het is van Nederlanders, die hierheen waren gekomen omdat het boerenbedrijf in Nederland hun niet meer veel perspectief bood. Nu hebben ze hun bedrijf hier.

Jammer dat we hier maar één nacht bleven.

Zie http://www.stellenhof.com/

Het (olifanten)park Addo is een km of 13 verderop.

Lunchen e.d. moest elders gebeuren en daarvoor konden we goed terecht bij Lenmore op de route naar het park. Voortreffelijke plek! Één portie is er trouwens genoeg voor twee matige eters.

Ko heeft onderweg altijd veel plezier van zijn Argos, foto's kijken, mailen e.d.

Mooie kippetjes in de tuin, maar weinig andere vogeltjes. We hebben überhaupt niet erg veel vogels gezien. In het wild dan. Later meer daarover.

 

In de middag gingen we naar het park. Nu is het meestal niet zo'n goed idee om om 2 uur 's middags rond te gaan kijken in een wildpark, want dan is het warm en zie je meestal weinig. De aangewezen tijd is om 6 uur 's morgens, maar dat moet dan wel kunnen! 
Tegen wat extra betaling kregen wij een enthousiaste gids mee, die een vlijmscherpe blik had en veel kennis van zaken. 
Vrijwel direct zagen wij een bokmakirie. Een vogeltje laat zich meestal niet fotograferen, het plaatje komt dan ook, via internet,  uit Jill Adam's 'Birds'. Zingt ook leuk.
De mestkever hieronder heeft geen vleugels en komt alleen in Addo voor. Beschermd. Men wordt dringend verzocht hun voorrang te verlenen en de olifantenpoep niet plat te rijden!

We zeggen vaak tegen een gids, dat we graag 'the small five' zien. Bij safari's zoeken de gidsen voor de meeste toeristen met ijver naar de 'big five': olifanten, leeuwen, luipaarden, cheeta's en neushoorns. Een luipaard krijg je zelden goed te zien, een neushoorn niet heel vaak, maar die is dan wel zichtbaar en de rest is een beetje standaard. Kleine dieren, zoals schildpadden, slangen, mongooses/mongeese, stokstaartjes, servals e.d. zijn heel wat minder vaak in beeld. We waren verrast dat hier schildpadden waren, grote: luipaardschildpadden. En we hebben ook een paar keer een ýellow mongoose' gezien, ver weg. Helaas geen stokstaartjes. Hier rechtsboven een kudu. De kans dat je die mooi op de foto kan zetten is ook niet groot. Olifanten zijn wat dat betreft een stuk makkelijker.

Verder zagen we leeuwen, buffels, wrattenzwijnen, zebra's en mooie jakhalzen. En een dooie slang ...

De olifanten gedijen in dit park - dat het op 2 na grootste reservaat van Afrika schijnt te zijn -  omdat er Portulacaria afra groeit, een succulent, die de olifanten graag eten en die snel groeit. 

Ook verrassend was de aanwezigheid van Plumbago capensis; ja, die komt hier natuurlijk vandaan: 'mannentrouw', heet hij of 'plakkende liefde' en het is een populaire kuipplant 

Zo hebben we op een ongunstige tijd van de dag met onze inspirerende gids heel veel gezien. Hij bleef dan ook spontaan veel langer bij ons dan de afgesproken twee uur, bijzonder! Hij had er zelf ook veel plezier in en vertelde enthousiast over zijn toekomstplannen in het safariwezen.
15 januari In de ochtend zijn we nog een keer naar het park gegaan. Onderweg kwamen we langs een hek een mooie roze ipomea tegen (ander blad, opzoeken) en elders hingen er kuduhorens aan, met een wespennestje erin. 
We kregen een andere gids mee, een saaie, nauwelijks geïnteresseerde of misschien superverlegen (maar dan is ze niet geschikt voor het vak) meid. We hebben niet veel gezien, op dit gezellige varken en een kududame, die naast de weg mooi stond te wezen, na, en olifanten. En díé waren de moeite van het filmen waard!
Meer olifanten
 
En toen gingen we de grote leegte in. Einddoel: Graaff-Reinet. Ver weg, heet (39°) en niet bijster interessant, al stond er nog een leuke verbena ergens in de berm. Helaas zouden we er 2 dagen blijven. Het was ook nog weekend en de cactustuin was daarom dicht. 
Wel leuk waren 2 oude bekenden naast elkaar vrijwel voor de deur: een worstenboom en een bloeiende flamboyant. De flamboyant - Delonix regia - vind ik een van de mooiste bomen die ik ken, samen met de jacaranda - Jacaranda mimosifolia. Allebei hebben ze een fraai model, mimosa-achtig blad en resp. oranjerode en blauwe bloemen. Detailfoto's gepikt van internet.

In het fraaie stadje Otjiewarango (wat een gezellige naam) in Namibië - ik heb Ko lang geleden voorgesteld om dáár te gaan wonen - hadden ze lanen van flamboyants en lanen van jacaranda en dikdiks in de berm. Wow! Maar geen bridgeclub ...
*) toen we er een aantal jaren later kwamen waren de dikdiks weg en de bomen waren net uitgebloeid!

 

Verbazingwekkend genoeg stonden er reusachtige bolcactussen (stoel van je schoonmoeder, toch?) gewoon in potten langs de weg. 

In Nederland zouden die waarschijnlijk onmiddellijk gejat worden, want zo'n grote bolcactus kost bij Intratuin een vermogen.

16 januari Er valt niet veel meer te bekijken dan de 'Valley of desolation' en het bijbehorende wildpark. We hebben wel een beetje geluk, want op de smalle weg naar boven vliegt rechts van ons een paartje zwarte arenden, min of meer op ooghoogte. Nu heb je niet altijd je camera in de aanslag, maar Ko wist er een op de plaat vast te leggen.
Ze zijn ook bekend als 'Verreaux eagle' en we hebben er een keer een film over gezien. Ze zijn 'Uncommon'  in mijn vogelboek en dan is het altijd leuk om ze gezien te hebben!

Ze grijpen (helaas) de grappige klipdassen als prooi. In de regel krijgen ze 2 jongen en het sterkste jong maakt het zwakste af. Ik herinner me dat dat akelig was om te zien, op die film.

Als we op de eerste uitkijkplaats komen zien we een man tobben met zijn vrouw, die zich blijkbaar bezeerd heeft: enkel verzwikt!

 

Het uitzicht boven op 'The Valley of desolation' is inderdaad spectaculair, maar meer dan uitzicht is er niet te zien. Op weg naar beneden komen we nog een fraaie sprinkhaan tegen.

 

Het wildpark iets verderop is tamelijk leeg. We hopen op stokstaartjes, maar het is erg heet, bijna 40° en dan laten de meeste beesten zich niet zien. Een paar bles- en een paar springbokken en nog wat vervet monkeys; de foto's ervan zijn niet scherp.
Van de stokstaartjes zien we alleen sporen van aanwezigheid. Jammer!

Hoewel vrijwel alles op deze zondag gesloten is is de Spar open. Kunnen we boodschappen doen. Gezien het hier self-catering is kan ik best zelf iets klaarmaken voor vanavond. Een kopje soep en een broodje moet genoeg zijn, maar Ko lijkt er anders over te denken, met nadruk op lijkt! 'Wat is dat voor waardeloze soep, vrouw? Laat dat niet weer gebeuren!' en ik krimp in elkaar van schaamte...

Er werd goed voor ons gezorgd in Graaff-Reinet. 's Morgens werd er een uitgebreid ontbijt gebracht en de vuile kwam binnen de kortste keren weer schoon terug. Maar wat ons betreft mag Graaff-Reinet wel uit het reisprogramma geschrapt worden. We logeren in Obesa Lodge in de stad. 

Maar er was niet veel te beleven en bovendien zaten er muggen, niet in de kamer, maar buiten en niet 's avonds, maar overdag. Bovendien had je, heel vervelend, een sleutel nodig om de 'compound' af te kunnen, alles zat op slot.

De verschillende kamers hadden een felle kleur, dat was wel aardig. Tegenover ons was paars.

Nee, Graaff- Reinet was niet het leukste onderdeel van de reis. Lekkere douche, dat wel, maar rottig bed, nauwelijks iets te doen, warm en muggen. 

17 januari 's Morgens was de cactustuin open. Hier een advies van een inmiddels ervaringsdeskundige: trek een (stevig) jasje aan en schoenen als je een cactustuin gaat bezoeken ... Ik had al snel dorens in mijn tenen, want het was warm en dan heb ik natuurlijk sandalen aan. Maar het was wel heel imposant.

Wat een griezelige dorens bestaan er! 
En wat een prachtige structuren, zoals op de foto rechts. Ik vermoed dat dát een soort euphorbia is. Als ik meer weet - via deskundigen - dan zal ik namen toevoegen.

We betaalden geen toegangsprijs, er waren tafels vol potten met kleine cactusjes voor de verkoop, maar er was niemand aanwezig en bij de planten in de tuin stonden geen naambordjes.

Links een wel héél exotische boom:  volslagen nep, want het is een GSM mast waarin de antennes mooi gemaskeerd zijn. Lijkt op de boom bij Anke en Leo in de tuin.



Graaff-Reinet ontleent zijn naam aan een Gouverneur van de Kaap Kolonie,  Jacob vd Graeff en zijn vrouw Reynet. Gesticht in 1786 is het de op 4 na oudste stad van Zuid-Afrika en telt momenteel 40.000 inwoners. De belangrijkste taal is Afrikaans wat door bijna 2/3 van de bevolking wordt gesproken. 

Er waren trouwens wel leuke gebouwen, die bijna allemaal naar de Nederlandse 'roots' verwijzen. Daaraan dankt de stad trouwens zijn bekendheid.

We hebben b.v. vele rondjes om de opvallende kerk gemaakt (eenrichtingsverkeer). 

Het gebouw hierboven doet door zijn gevel toch aan Nederlandse stijl denken. Er stond een anker in de gevel, maar dat kun je op de foto niet goed zien. Links doet meer aan Indië denken.

 


Op weg naar Knysna. Weer een kleine 400 km. Hieronder de auto, die ons al die kilometers heeft gebracht waar we wezen wilden en rechts het gangbare beeld vanuit de auto: leeg! Zodra we allebei zaten en hij begon te rijden gingen de achterdeuren op slot. Veiligheid voor alles.

Meestal stoppen we, als het kan, na een uur of 2 om ergens koffie te drinken, met gebak als het kan. Dit keer in 'The Willow' in Willowmore en dat was een grote verrassing. Een Tea Garden bij een prachtig huis. 
Zie http://www.willowguesthouse.co.za/

Heb je wel eens eerder wevervogelnestjes gezien in een blauwe regen? Deze van 'masked weavers', die zie je het meest, knalgeel vogeltje met een zwart gezicht. Ik kan wel even een plaatje zoeken op internet ... Elke wever maakt zijn eigen type nestje! 

Binnen in het huis leek het wel een museum. Wat een mooie kamer! Kleur van de muur paste precies bij het schitterende kleed op de vloer. En de eigenaar of eigenares moest wel een zwak voor leuke bordjes hebben, want op een andere tafel stonden allemaal verschillende fraaie 'sideplates'.
Helaas zaten er ook kleine, zwarte mugjes, van die geniepige overdagstekertjes, en die hadden mij gauw gevonden. Ze veroorzaakten kleine, rode bultjes, die gelukkig niet nog dagen lang jeukten.
Op weg maar weer door de grote leegte. Er valt gelukkig  altijd wel weer wat te zien. Dit keer waren dat schapen met zwarte koppen, die massaal begonnen te blaten en wegliepen toen we ze kwamen fotograferen, en vreemde, langharige geiten met vuile konten, die bij onze benadering massaal begonnen te pissen, maar verder zwijgend bleven staan om vereeuwigd te worden.
Eigenwijs namen we toch de kortere route via Avontuur, over een onverharde weg.


Die weg bleek over een heel mooie bergpas te gaan en was best de moeite waard, maar 80 km over een onverharde weg door de bergen en met kuilen is wel héél lang. Wel af en toe prachtige bloemen/planten aan de kant. Rechts: ericacae.

Omdat het er dus hoog was en kouder, was bloeiden hier soms nog protea's en er stonden heel veel varens, allerlei verschillende. Die hieronder leek wel een klimmende soort te zijn. Ook zagen we veel aangeplant dennenbos, met af en toe een bordje dat leek te verwijzen naar de aanwezigheid van olifanten, Raar idee in een dennenbos, maar ze schenen er toch heus te zitten!

Uiteindelijk bereikten we Knysna, waar we 2 dagen zouden blijven. Het is een badplaats. Vorige week zijn we er al doorgekomen en dachten we dat we het niets zouden vinden. Niets was minder waar! We hebben het er prima naar ons zin gehad. We logeerden in Aestas B&B, gerund door een Nederlands echtpaar. Zie http://www.aestas.co.za/dutch/index.htm.

's Avonds hebben we er gegeten bij de Thai. Daar hadden we al een keer geluncht - vorige week - maar toen vonden het niet veel soeps. Terug op advies van de mevrouw van B&B en nu was het heerlijk. Er lag een boek over vissen in de Indische Oceaan, geloof ik. Ik sloeg het open op een willekeurige bladzijde: foto van de gele vis met de blauwe lippenstift, zie helemaal boven over het aquarium in Waterfront: Lemonpeel Angel Fish! Grappig.

18 januari In alle vroegte heb ik in de tuin vogeltjes zitten kijken. Er was van alles, m.n. in deze flessenborstelboom, 'n zwarte vliegenvanger, honingvogeltjes en een heleboel yellow white-eyes en nog veel meer.

Het strand bij Knysna / Brenton is bijkans verlaten. Je kunt je schoenen achterlaten aan het eind van de trap naar beneden. We maken een lekkere wandeling en zien aan het eind daarvan een zwarte scholekster tussen de rotsen.
De huizen in deze omgeving en in Knysna zijn niet met extra hekken en bedrading en zo beveiligd; dat doet weldadig aan. Het moet hier (Brenton on Sea) prima wonen zijn. 

We hebben het plan om om ½ 2 te gaan bridgen in Knysna, in de bibliotheek. Maar  eerst nog even koffiedrinken in wat ook in Knysna 'Waterfront' heet.

Op de parkeerplaats daar staan bomen met prachtige, felrode, grote bloemen, Spathodea campanulata. 
In een winkel met Afrikaanse 'kunst' hangen twee 3-dimensionale constructies van vnl blik, erg leuk, geïnspireerd op de townships. Maar ze zijn aardig aan de prijs, dus we laten ze hangen, maar een foto mag en die is linksonder te zien.

Als we bij de bibliotheek komen om 10 voor ½ 2 horen we dat het bridgen verplaatst is naar een zaaltje bij de kerk en als we daar aankomen blijkt het al om 1 uur te zijn begonnen. Slecht bijgehouden website!!!! Shit. Ander plan dan maar en we besluiten tot een bezoek aan de Afrikaanse katten, 50 km verderop iets voorbij Plettenberg Baai.

De katten vallen eigenlijk een beetje tegen. Er zijn caracals met leuke pluimpjes aan hun oren, servals, cheeta's en een luipaard, maar ze zitten allemaal in omheinde ruimtes en hebben veel slaap.
filmpje
We zijn vrij snel klaar met die katten en daarom gaan we maar naar 'Birds of Eden'. 

Een dal in de buurt is afgedekt met een enorm net - 2 hectares - en in de daardoor afgesloten, hele grote ruimte met bos zitten talloze vogels, die om uiteenlopende redenen 'opgevangen' zijn. Vogels die afgestaan zijn omdat ze w.s. te hard schreeuwden (papegaaien), vogels uit volières, van siervijvers e.d.

Door het geheel loopt een wandelpad met ergens halverwege een hangbrug en overal voerplekken. Veel vogels zijn enorm tam en het is hartstikke leuk!

Dat net moet natuurlijk wel eens gerepareerd worden. Onlangs schijnt er een grote groep bavianen op gezeten te hebben, maar gelukkig hebben ze geen ernstige schade aangebracht.



Grijze touraco, oftewel go-awaybird. Er waren ook groene, en zwarte met rood en wit aan de kop, maar alle foto's waren slecht. Loeri's worden ze genoemd. Ze lopen als apen door de bomen en zijn erg snel.

De hadada-ibis had behoefte aan gezelschap. Hij zat op de leuning van de bank en kwam steeds dichterbij, wel met die grote snavel ... Uit eindelijk ben ik maar opgestaan en doorgelopen, maar hij kwam achter ons aan. Wilde met het touwtje van mijn camera spelen, op z'n kop gekrabd worden en deed een uitgebreid onderzoek aan mijn voeten.

Kassian, hij was w.s. erg alleen: hadada's zie je in een groep of met z'n tweeën.

filmpje
filmpje
Flamingo's en knaloranje ibissen, een griel, die op zijn wat? zit - hurken zijn het niet, volgens mij knieën - en mooie gansjes, die op de foto linksonder waren 'kwebbelgansjes', die heel gezellig tegen ons kletsten.
Die oranje ibis heet in het echt Rode ibis en komt uit Zuid Amerika.

2016 in Australië: Maned (wood) duck. Hieronder.

 

Op een foto van iets anders ontdekte ik later in een hoek de twee schoonheden op de foto links. Ik geloof dat het Paradise wydahs zijn.

Er liep ook ergens een duikertje rond.

 

 

Telkens als we een tuincentrum tegenkomen gaan we even kijken of ze toevallig kleine voorjaarsbolletjes te koop hebben, zoals geissorhiza. Die hebben ze nergens, jammer. Zuid Afrika is het thuisland van de meest opwindende bolgewassen en -gewasjes! Soms zijn er wel heel mooie, begeerlijke planten, zoals wat er hier zomaar tegen een hek groeit, een soort jasmijn met grote, geurende bloemen en iets met blauwe, die op de een of andere manier bekend zijn. Later: een soort asarina.
Was ik nou dat hele turquoise huis vergeten ...

19 januari 500 km te gaan naar Stellenbosch. Onderweg nogal wat werk aan de weg. Dat gaat als volgt: eerst borden dat er werk in aantocht is, dan iemand die met een rode lap staat te zwaaien en dan het werk zelf. Werkoverleg vindt veelvuldig plaats.

Op aanraden van de mevrouw in Knysna gaan we koffiedrinken in Swellendam bij 'La Belle Alliance'. Daar bloeit een bauhinia in de tuin en is de lemon meringue pie verrukkelijk, net als Ko's appeltaart.
Opzij van het erf, achter de oranje afzetting, zijn ze bezig met het verwijderen van ongewenste exoten, planten die hier niet thuishoren, om ze te vervangen door inheemse soorten.

In de buurt van Stellenbosch begint het wijngebied en zien we plotseling een wel heel onverwacht bordje. 




Ook hier staan er aan de voorkant van de wijngaarden 'verklik'rozen!




In Stellenbosch gebeurt er iets wat nog niet eerder op deze reis is voorgevallen: we verdwalen! Er zijn namelijk geen bordjes met straatnamen te vinden! Raar hoor, je hebt een plattegrond, maar je kunt niet bedenken waar je bent. Tenslotte komen we aan een soort veld, in de stad, parkeren onze auto en lopen wat rond. Iemand vertelt ons, dat de straatnamen in de stoepranden zijn verwerkt. In een geel stukje, moeilijk te zien, maar ze staan er wel degelijk. 

Ons onderkomen - Cultivar Lodge - ligt min of meer buiten de stad, behoorlijk luxueus; er staat een aparte, luchtige, metalen kast en we hebben een groen uitzicht. De kamer heet naar een wijn, 'Petit Verdot', ons onbekend. 
's Nachts wordt ik een keer wakker van een uil, ik ga kijken, maar hoewel het vrij helder is zie ik niks, jammer.

20 januari  's Morgens gaan we eerst nog kijken (en koffie met taart en zo) bij een Nature Reserve in Jonkershoek.  Het is niet veel bijzonders, meer iets voor fietsers en andere sportievelingen, al zie ik een mooie vlinder, die me te snel af is. Acraea horta, ik kan het 's middags in een boekje opzoeken. Hij zit op een uitbundig bloeiende abelia en heeft glasachtige voorvleugels, heel bijzonder. Foto is een vrouwtje, ik zag een mannetje, die wat feller van kleur is.
Het gaat een lange dag worden. Heel erg laat vanavond (of eerder morgenochtend) om 1 uur vertrekt ons vliegtuig. Om 9 uur vanavond moeten we de auto bij het vliegveld inleveren. Voor de rest van de dag moeten we iets verzinnen. We moeten natuurlijk eerst naar Kaapstad rijden, maar dat is niet ver en inmiddels weet Ko er heel goed waar hij wezen moet. Ko heeft immers een ingebouwd kompas en een fotografisch geheugen voor plattegronden, geloof ik, want hij weet altijd overal de weg als hij er even is geweest. In Stellenbosch duurde het dus iets langer, haha.
We gaan eerst naar iets dat het Blouwbergstrand heet. Het is niet, zoals b.v. Camps Bay, een heel gezellige plek en het is een beetje koud, want er staat een stevige wind. Ze zijn er aan het kitesurfen en dat is leuk om een tijdje naar te kijken. Het is ongelofelijk, wat die kerels kunnen met zo'n plank en een soort parachute!
Als een soort 'standing joke' zeiden we onderweg steeds, wanneer we overlegden wat we nou weer eens zouden gaan doen: 'Laten we naar de kapper gaan!' Zo kwamen we de laatste middag bij de kapper terecht in Victoria & Alfred Waterfront. 
Daarna gingen we nog één keer lekker eten bij het Indiase restaurant Raj in Camps Bay. O, die kingklip tandoori, om je vingers bij op te eten. Ook het toetje - meestal doen we zonder - iets van klafti of klufta, was zalig.
Naar het vliegveld, auto inleveren. Dat soort zaken zijn werkelijk uitstekend geregeld in Zuid Afrika. Met een karretje werden we van de autoverhuur naar het vertrekhal gereden en daar moesten we nog de nodige uren stukslaan. Boeken genoeg en alle winkels waren om 12 uur 's avonds nog open!

We hadden 'comfort' geboekt,  d.w.z. extra beenruimte, waar je wel wat voor moet bijbetalen, maar wel erg lekker bij een nachtvlucht. Elk een stoel op de hoek, met een lege ertussen.

De service vond ik niet super (KLM): om ½ 3 werd er een warme maaltijd geserveerd, idioot! Daarna gingen de lichten uit; je hebt niet eens een klein lampje, waarmee je niemand hindert, om te kunnen lezen (ik doe geen oog dicht in een vliegtuig) en pas om ½10 (ons gevoel nog een uur later) kregen we een kopje thee en een ontbijt. Toen zaten we al boven Parijs of zo.

In Nederland viel er natte sneeuw, maar alle treinaansluitingen liepen lekker en onze auto - Ko had de accu losgemaakt - wilde na een korte bedenktijd zomaar starten. Om 12 uur waren we thuis. Een dagje later zagen we hier in Nijkerk struisvogels!!