We komen ook in Stellenbosch. Het was trouwens koud! We bekeken er een paar huizen (ik heb opgeschreven dat die leuk waren)
en een dorpsmuseum. En voor het eerst - later nog een of twee keer -
Oom Samie se winkel. Ik kocht er blijkbaar een doosje theezakjes,
maar weet niet meer of de thee lekker was. Plus bezoek aan een geitenboerderij met
lekkere kaas en een wijnproeverij met niet lekkere wijn!
Ook heb ik opgeschreven dat leerlingen in het Xhosa abafundi zijn
en er is een foto van een Taalmonument. Ik weet niet of dat bij elkaar
hoort. Maar de link zit in het Swahili waar leerlingen wanafunzi zijn.
We zouden er dus later nog een of twee keer in Stellenbosch komen en
hebben ons ooit een rotje gezocht naar de straatnamen. Die bleken ín de
stoeprand te staan! |
|
|
|
Maar we gaan nog steeds niet met de trein rijden ...
Volgende dag met busjes door een fascinerend, ruig gebied en het heette
'The seven weeks' Pass'. Ik weet niet meer waarom! We hebben er gewandeld.
Het was warm, stoffig en erg mooi!
Daarna gaan we naar een soort dierenpark in Oudtshoorn, met een grappig
entree en mottige leeuwen. |
|
|
Er zijn ook stokstaartjes, in een helemaal verkeerde omgeving. Die verwacht je
in grasland met zand!
|
|
We gingen ook iets leuks doen: Cheeta's aaien! Die zijn helemaal niet zacht,
zoals je zou denken, en ze kunnen heel hard snorren!
|
|
Rennende struisvogels onderweg ergens. Ze horen bij een struisvogelfarm.
|
|
The train stays stationary at Muizenberg. staat er op een
papiertje in het plakboek On day two the train moves off empty during the
morning, 74 kms to Franschhoek Station. Weet je dat ik dat nou weer
helemaal vergeten was!
Maar nu gaat ie dan toch rijden met ons erin! We hebben cabin 3F met twee bedden
en een wastafel. Aan het begin en eind van iedere wagon een toilet en aan één
kant een douche. Hier onze cabine en de trein, met een mevrouw uit Australië.
We reisden met een zeer heterogeen gezelschap. Leuk!
We stonden hier een tijdje geparkeerd naast de beroemde Blue Train en konden
de zilveren theepotten op de tafels zien staan.
|
|
Er waren 4 busjes aan boord van de trein en daarin werden allerlei excursies
gemaakt. Soms deden we allemaal het zelfde, soms was er keuze.
|
De bloemetjes hieronder doen me sterk denken aan die in Frankrijk Aphyllanthes
monspeliensis. Die hoorde, dacht ik, bij de bolgewassen, maar zag eruit als gras. Maar
tijdens deze reis had ik nog geen idee dat ik een paar jaar later in Frankrijk
zou wonen, laat staan van die blauwe bloemetjes. Ik ga eens even zoeken. In mijn
gezellige, Zuid Afrikaanse boekje over wilde planten heb ik het niet kunnen
vinden.
Verder is er nog een oninteressante foto waarop alleen het bord dat erop staat
je belangstelling wekt: GAMKASKLOOF, met eronder 'The hell, 50 km, 2 uur' en dat
Ko op dat moment net een boek aan het lezen was van ene Erik van Ees: 'Land van de
regenboog' waarin over de Swartbergpas en de weg naar de hel werd gerept.
|
|
|
Een busje wordt de trein in gereden en in de gang van de trein hangen alle
handdoeken te drogen.
|
|
Hierboven: ergens in een vlakte zien we 'onze' eerste zebra's op verschillende
plekken en ik denk nog steeds dat het twee soorten waren: links mountain zebra
en rechts Burchell's zebra, met bruine strepen tussen de zwarte. De gids was het
niet met me eens en ik denk nog steeds dat ik gelijk had! Het gekke is, dat ik
me dat nog wel heel goed kan herinneren ... De foto's zijn wel beroerd. Karoo
National Park.
Hieronder iets dat ik maar één of twee keer gezien heb tijdens onze reizen in Afrika:
het nest/de nesten van een social weaver. De vogeltjes wonen dus met z'n
allen in een enorm bouwsel. Veilig wat betreft slangen en zo, maar
brandgevaarlijk!
|
|
|
We gaan wandelen in 'Orange River Canyon', met een riviertje en een waterval met
de weinig originele naam 'Bridal veil' (en daar is ook niet veel aan te zien)/
Er is sprake van maanstenen en ik stel me dezelfde soort ondergrond voor als
bij het graf van Cecil Rhodes: heel gladde steen. Maar ik kan het me niet goed
herinneren. Er waren dassies (klipdassen) en agames (hagedissen), maar de foto's
zijn niet de moeite waard. Er was te weinig water in de rivier om te gaan raften
en dat vonden Ko en ik vast niet heel erg.
Op het bord staat wat informatie over het gebied, denk ik, maar ook de mooie
tekst 'Moenie rommel strooi nie'.
|
|
Hieronder staat zo te zien een slordige, oninteressante struik ... Hij heet 'Wait-a-bit'.
Want o wee, als je er tegenaan loopt, dan zit je zó vast, door de naar beneden
gerichte, akelige dorentjes. De bloemetjes ruiken heel lekker.
|
|
De Zuid Afrikaanse cineast Jamie Uijs heeft twee films gemaakt over dit gebied
en de bushmen. Ik vind ze allebei zeer de moeite waard. De eerste heet 'The Gods
must be crazy' en de tweede 'The Gods must have fallen on their heads.' In de
eerste komt een scène met een wait-a-bit tree voor.
Het eten in de trein was zeer smakelijk en ook zeer verzorgd. En elke dag
andere, schattige servetjes. Dat kunnen ze goed in in zuidelijk Afrika, kleine
dingen leuk maken met simpele decoraties.
|
|
En toe gingen we de leegte in ... Eindeloos vlak, leeg land,
met heel kleine struikjes hier en daar.
'Een lommerrijk en zeer onoverzichtelijk terrein, waarin men zich
gelukkig prijst dat er geen leeuwen zijn.'
Gek genoeg moet je hier aan die tekst denken al is het lommerloos en
overzichtelijk, met een flinke kans op aanwezige leeuwen!
Maar gelukkig waren daar Margot en Chris Dashwood, die konden
bridgen!!!! De restauratiewagen stond geheel tot onze beschikking. |
|
|
|
Chris is helaas vrij jong gestorven, maar we hebben nog steeds af en toe contact
met Margot.
Hieronder een kaartje van de route. En rechts een moedig bloemetje is de
woestijn. Daaronder een opname van Fish River Canyon. Het is het grootste Canyon
na Grand Canyon in de U.S. 160 km lang en 27 km breed, 570m diep. Soms is er
water in de rivier en dan zitten er ook nog vissen in! Bavianen, klipdassen,
eekhoorns en klipspringers worden er vaak gezien, sporen van b.v. luipaard ook.
|
|
|
|
|
Ik geloof dat we konden afdalen en dat we dan water,
plantjes en vogeltjes zouden vinden. Het was mooi en koel, maar geen
sprake van vogeltjes en zo. Ik de pest in! |
|
|
|
De woestijn is niet altijd een zandvlakte. Er staan ook kleine boompjes soms en
vaak bolvormige planten.
We kunnen een eindje gaan wandelen en zien een 'kokerboom' met een nest van social
weavers en witte bloemen die aanvoelen als zacht rubber speelgoed. |
|
|
|
Ik heb een foto genomen van medereizigers die terugkomen als
er nét een auto langsgereden is - hieronder - en een andere van Ko in de
grote leegte.
|
|
|
We gaan op weg naar Luderits, een spookstad, bedolven onder zand. Onderweg
verwilderde paarden. Die worden een beetje bijgevoerd, want, hoewel ze zich
hebben aangepast aan de omgeving, gaat het niet heel goed met ze. Je kunt je
niet voorstellen dat ze in zo'n omgeving kunnen bestaan.
Hier in de buurt worden diamanten gewonnen en waar dat is mag je niet komen: er
staat een bord!
|
|
Ik heb weinig belangstelling voor geschiedenis noch voor oude huizen, dus ik
vond er niet veel aan. Ligt helemaal aan mij! We sliepen in een stilstaande
trein en gingen de volgende dag een wandeling maken met bushmen. 40+° , 's
middags om 1 uur. Ik weet nog dat ik tijdens de wandeling door een gebied met
wat magere boompjes uitkeek naar de schaduw van het volgende boompje, maar vond
het wél interessant.
|
|
|
Ze spraken onderling uiteraard San, en dat klinkt heerlijk, als kabbelend
water. Kijk maar naar een van de twee films van Jamie Uys om er naar te
luisteren. Onderweg ergens werd de schaal van een struisvogelei opgegraven en
waarin was water bewaard. En het is waar, dat als een bushman een dier schiet
om het op te eten, er eerst vergiffenis gevraagd wordt aan het dier in kwestie!
|
Daarna gaan we richting zandduinen en moeten één keer in een camping
overnachten, in de buurt van Sossusvlei.
We hebben een tijdje vrij als we op die camping zijn en hier zit een
medereiziger - ene Richard uit Californië - gezellig in de woestijn een
Dick Francis te lezen.
We zien een enkel stokstaartje en van die kliktorretjes, maar de foto's
zijn te slecht. 's
Nachts staat er vlakbij onze tent een beisa-bok tegen het hek te rammen, ik ben
gaan kijken!
|
|
|
|
De boom hieronder zit vol gele bolletjes en heet kameeldoorn. Duidelijk een lid
van de acaciafamilie en behoorlijk Afrikaans! Foto bloem gestolen van internet.
|
|
's Avonds wordt er gezellig samen gegeten, maar behalve mezelf achterin zie ik
geen enkel me nog bekend gezicht, want Chris en Margot staan er niet op. De
Engelsen hebben een lied gemaakt voor de gelegenheid en Ko heeft zijn steentje
bijgedragen:
|
|
Het refrein is: 'O what a wonderful journey, O what a wonderful train, o what a
wonderful landscape: everything's going my way' en de melodie laat zich
raden..
|
-
I travelled on this Shongololo whose mistress and guides we all follow.
Guess
who were so generous with a smile and a laugh? That's Petra, our boss and her
wonderful staff.
- We rocked and we rolled, had disturbance: a bus broke, a heatwave, much
distance!
We came back from a drive as a dust covered wreck, but then, in the
bar, there was always Lamek ...
- Shongololo is a creepy crawly; a centipede is just a smally.
The Dutch
'duizendpoot' though, do you know what it says? In English you call it a 'Jack-of-all-trades'.
- Do we have on this train such a person? Yes we do, we all know that for
certain.
Do you know what the bossman in Jo'burg has said: Tu es Petra! On this
Petra I shall build my Shongololo!
|
|
En hierna komt het meest indrukwekkende deel van deze fantastische reis: de
zandduinen. We gaan in alle vroegte erheen, het wordt net dag en het licht is
prachtig! De duinen zijn van heel fijn (oud) roodachtig zand, ik heb er nog een
zakje van! Roder dan op de foto.
Aan het begin is het onbelopen, alleen sporen van eventuele dieren, maar dan
gaat Iedereen gaat klimmen.
|
|
|
|